IN DE RUBRIEK ‘LIJFPLAAT’ BESCHRIJFT EEN MUSICOPHILIA-SCRIBENT EEN ALBUMPAREL WAARAAN HIJ MET ZIEL EN ZALIGHEID IS VERKNOCHT. DE ALBUMKEUZE IS VOORBEHOUDEN AAN EEN BELANGRIJK CRITERIUM: OVER HET ALBUM WERDEN NIET AL HONDERDEN ARTIKELEN GESCHREVEN, WANT MUSICOPHILA KIEST NU EENMAAL NIET GRAAG VOOR HET GANGBARE.
MET HET ALBUM ‘MOVING PICTURES’ BRAK DE CANADESE PROGROCKBAND RUSH IN 1981 OP OPVALLENDE WIJZE DOOR NAAR HET GROTE PUBLIEK: ZONDER NOEMENSWAARDIGHE HITSINGLE EN ZONDER CONCESSIES OMWILLE VAN COMMERCIE. SERVÉ SMEETS VERKLAART HOE DE BAND MET EEN COMPACTER GELUID HAAR OORSPRONKELIJKHEID WIST TE WAARBORGEN EN WAAROM HET ALBUM NOG ALTIJD MATELOOS POPULAIR IS BIJ ZOWEL ROCKFANS ALS BIJ HEMZELF.

“Misschien moet je er bij zijn geweest toen het album uitkwam” antwoordde ik een vriend die vroeg wat ‘Moving Pictures’ nou zo speciaal maakt. Tot die tijd [1981] was Rush een hardrockband die progressieve neigingen had en vooral of zelfs uitsluitend nerdy rockfans wist te bekoren, met alle bijbehorende clichés over zowel muziek als fans.
Op voorgaande album ‘Permanent Waves’ was er echter al een duidelijke verschuiving om de proginvloeden in kortere nummers te gieten. In een meer natuurlijke versmelting van al hun invloeden. De jaren ‘80 waren begonnen en de tendens was ‘kort en bondig’ over de gehele linie van alle stromingen [dat heeft niets te maken met de term ‘commercieel’]. Vooral kant 1 van ‘Permanent Waves’ gaf dat goed weer, maar werd overtroffen door het daaropvolgende album ‘Moving Pictures’. Nog betere, meer catchy nummers en vooral ook met een perfecte integratie van hét instrument van dat tijdvak in populaire muziek, de synthesizer [die op ‘Permanent Waves’ weer wat naar de achtergrond verdween].
De opener ‘Tom Saywer’ is hét Rush nummer aller tijden gebleken zonder ooit een hit te zijn geweest. Openend met de beroemde backbeat uiteindelijk afgewisseld met de 7/8 maat, tegelijkertijd haast achteloos Mark Twain erend. Een nerdhymne zoals de wereld ze nog niet kende maar die [haast] wereldberoemd werd. Rush op de Nederlandse t.v., in de tijd van slechts Nederland 1 en 2! Mijn proggy hartje sloeg over.

‘Red Barchetta’ is vervolgens een rocker [ook tekstueel: snelle auto’s!] die door de afwisselende maatsoorten en het proginstrumentale gitaarthema weer die mooie versmelting van prog en metal weergeeft. Ook de tekst blijkt meer nostalgische diepgang te bevatten als aanvankelijk gedacht.
Het instrumentale ‘YYZ’ bevat een haast postpunk-achtige melodie [Madness!] als hoofdthema om vervolgens uit te monden in de epische Oberheim-akkoorden. Het lijkt allemaal logisch…en toch weer niet.
‘Everyone’s got to deviate from the norm’… ‘Limelight’ beschrijft de moeite die tekstschrijver Peart heeft met het in de belangstelling staan, gevat in een fraaie korte rocker met volgens Lifeson zijn mooiste solo aller tijden. Peart is sowieso als tekstschrijver volwassen geworden [naast het feit dat het album een masterclass is in drummen].

‘The Camera Eye’ is een haast visuele ‘Tale Of Two Cities’ [de Charles Dickens-roman], ‘Witch Hunt’ kon vandaag geschreven zijn en aan ‘Vital Signs’, een nummer dat gezien instrumentatie en stijlvorm zijn schaduw vooruitwerpt naar dingen die komen gaan, zijn veel theorieën gehangen. Maar mijn inziens is het in zijn perspectief te plaatsen en afscheid nemen van Pearts fascinatie voor de schrijver/filosoof Ayn Rand [waarvoor hij in het verleden bekritiseerd werd].
Allemaal nummers met zowel muzikale [‘Witch Hunt’ is een echt productienummer wat ze pas veel later live konden waarmaken] als tekstuele diepgang, zonder volkomen ontoegankelijk te worden. Rush laat op dit album, net zoals de allergrootsten [Beatles, Beach Boys], zeer ingewikkelde muziek eenvoudig en logisch lijken.
Het album en vooral ‘Tom Saywer’ zijn onderdeel geworden van de rock- canon en cultuur: het nummer werd humoristisch geëerd in de tekenfilmserie ‘South Park’ in een clip die Rush later in hun concerten gebruikte. Aan humor binnen de band ontbrak het immers nooit. Een van de elementen die de levensduur van de band bepaalden [een ander was vriendschap].

Het mooiste compliment komt van de fans hoorbaar op het live-album ‘In Rio’. Ze zingen elke strofe van het instrumentale ‘YYZ’ uit volle borst mee waarbij je merkt wat deze muziek voor ze betekent [heeft]. Ik weet wat ze voelen.
Servè Smeets